Als u achter me zegt ‘Ga eens opzij’, dan stap ik vriendelijk opzij, ook in de rij bij de kassa. Ik ben een letterlijk denkend mens. Anderen zullen geen voet verzetten, maar verontwaardigd omkijken. De toon bevalt hen niet. Maar wij letterlijken begrijpen weinig van toon. We zijn eenvoudig denkenden in een ingewikkeld wereld. Net zo met bordjes rechtdoor, met de pijl naar boven. Ik kijk altijd even omhoog, tegen beter weten in.
Internet is voor ons soort mensen één grote verwarring. Niets is wat er staat. Via internet probeerde ik een uittreksel van de burgelijke stand te bestellen. Je ziet dan ‘Uittreksel/afgifte akte burgelijke stand’, precies wat ik nodig had. Dat andere ‘uittreksel’ was ‘uit de Gemeentelijke Basis Administratie’. Dit leek me te bar, een uittreksel uit de gehele gemeentelijke basis administratie. Ik liep vast bij geboorte en sterfte. Nergens was een bewijs te krijgen dat ik hier woon. Uiteindelijk bleek ‘gemeentelijke basisadministratie’ hetzelfde als ‘burgelijke stand’. Dat staat nergens, maar blijkt. Een dergelijke verwarring ervaar ik bij ‘Customer Care’ op bankafschriften. ‘Klantenzorg, door Britten?’, denk ik dan. Wie in Groot-Brittannië ziet mij als klant en gaat me verzorgen? Of is dit één van die verborgen bedoelingen? Roof van tegoeden soms door louche bewoners van de Hebriden? Ik spreek maar niet van ikoontjes, die tekentjes op uw beeldscherm. Ze zeggen niets, verdwijnen of verschijnen spontaan. Nergens een logische index, geen help-functie te vinden. Want je kunt ze niet intypen. Maar ze blijken veel te betekenen, voor anderen.
We hebben het moeilijk, wij letterlijken. De wereld is vol bedoelingen en onlogische betekenissen; taaldomheid volgens ons. We zijn een minderheid, denk ik. Probeer het maar bij de kassa. Zelden stapt iemand opzij als u voor wilt dringen. Meestal krijgt u een grote mond. Wij snappen dat niet goed.