Buurtopvoeden

Dennis van 16 zette wel eens het raam van zijn slaapkamer open en draaide de volumeknop van zijn geluidsinstallatie op standje 10. Dat was de boodschap van Dennis: ik besta en daar kun je niet omheen. Dit duurde nooit lang of anders riepen we naar boven dat het zachter moest. De verschillende uitdrukkingen hiervoor bevatten vele ziektenamen. Maar het hielp. Desondanks gunde iedereen hem die korte glorie van de decibellen. Dennis luisterde namelijk.

Toen hoorde we kindergeschreeuw, de stem van Tanja van Karel.

Tanja was 12 jaar. Karel was een 40 jarige, weduwnaar met twee kinderen en één gewoonte: in het weekend was hij dronken. Tanja bleef maar roepen ‘Pappa, niet doen’, en Karel schreeuwde terug. Dit gebeurde wel vaker, maar nu was het duidelijker, omdat alle ramen en deuren opstonden en iedereen in de tuin zat.

In vijf tuinen reageerden vijf mannen precies hetzelfde. Ze stapten uit hun luie stoelen en struinden bij Karel naar binnen. Verbaasd troffen ze elkaar in Karels huis. “Jij dacht dus hetzelfde als ik”, zeiden ze tegen elkaar. Karel was zijn tegenspartelende dochter de trap op aan het trekken, beide schreeuwend, hij dronken. Ze moest voor straf naar haar kamer maar dat wilde ze niet. Ik geloof niet dat Karel zijn kinderen echt sloeg. Hij kon gewoon niet opvoeden, in zijn eentje. Hardhandig was hij wel. Karel kreeg van de vijf boze mannen een eenvoudig pedagogisch advies. “Jij blijft voortaan van je dochter af. Anders krijg jij met ons te maken”.

Deze impulsieve buurtactie was afdoende. We hoorden nooit meer geschreeuw en de kinderen fleurden op. Het gaat nu uitstekend met Karel en zijn nu volwassen kinderen. Ze kunnen het goed met elkaar vinden.

Ook op www.geheugenvanalmere.nl