Welkom pasgeboren kerel!
Heb je even tijd voor een gesprekje over je moeder? Onder ons natuurlijk. Ik ken haar goed. Ze is erg lief, kan ik je vertellen. Dat is lastig voor een kind. Ze is ook nog eens lief in haar beroep als fysiotherapeut. Wij zijn er wel blij mee, maar het zal je moeder maar wezen. Bovendien heeft ze een lieve overtuiging. Op je kaartje staat namelijk dat je van God bent. Je vader denkt daar anders over, maar dat is iets voor later.
Terzijde, religie vergt wat uitleg. Dit betekent dat je het goede nastreeft en dat je daarin nooit alleen staat, ook niet in je eentje. Dat geeft gelovige mensen rust. Daarom zou ik er als ik jou was niet aan beginnen, aan religie. Want het laatste wat je wilt is rust. Je wilt avontuur, toch? Terug naar je moeder. Ze is lief, met een lief beroep en een lieve levensopvatting. Hoe wordt je dan in Godsnaam een stevige vent? Hierbij wat aanwijzingen, over praten en over ruzie.
Moeders hebben altijd goede bedoelingen. Storend is dat ze die bedoelingen gaan uitleggen. Niet luisteren dan, ga verveeld wat anders doen. Vraag botweg wat niet mag en hou je daar aan. Al dat gepraat over het waarom is veel te ingewikkeld voor kinderen.
Dan over ruzie maken. Zij kan dat niet, dus jij moet beginnen. Ruzie waarover, dat maakt niet uit. Het is maar een oefening. Wees geheel onredelijk, schreeuw en roep lelijke dingen zoals ‘rotmoeder’. Ruzie goed maken is lastiger. Ze wil ‘er over praten’, dat snap je. Niet doen. Jij wilt er helemaal niet over praten. Je wilt het goed maken, maar op jouw manier. Geef haar bijvoorbeeld na een half uur onverwacht een knuffel, zonder tekst, vooral geen tekst. Doe dit een paar keer en je moeder laat ruzie en goed maken geheel aan jou over.
Zo, je kunt weer even voort. Ik wens je sterkte met je moeder.